Dit jaar wordt in verschillende musea herdacht dat 150 jaar geleden een nieuwe stroming in de schilderkunst, het Impressionisme, het licht zag. In Frankrijk gooide een groep kunstenaars het roer drastisch om. Het academisch keurslijf en bijhorende regels werden afgeschaft en de mannen en vrouwen trokken naar buiten. Hun inspiratie was het leven buiten, de natuur in al haar pracht en praal. In de nieuwe stroming van het Impressionisme toonden de kunstenaars het moderne leven. Een van deze kunstenaars was Eugène Boudin. Wij zagen een overzicht van zijn werk in het NuMa in het Franse Le Havre.
Impressionisme
De naam van de nieuwe schilderstijl verwijst naar het schilderij van Claude Monet waarin hij in 1872 een impressie schildert van de zonsondergang in de haven van Le Havre. We zien hier Monet’s beleving van het moment en zijn aandacht voor lichteffecten en kleurgebruik. Bekende kunstschilders die bekend werden door de impressionistische werkwijze zijn Eugène Boudin (1840-1926), Claude Monet (1840-1926), Berthe Morisot (1841-1895), Pierre Auguste Renoir (1841-1919), Eva Gonzalès (1849-1883) Edgar Degas (1834-1917) en Paul Cézanne (1839-1906). Naast de schilderkunst werkte het impressionisme ook door in de klassieke muziek, de fotografie, de beeldhouwkunst en de literatuur.
Meer weten over de revolutionair lente van 1874 overweeg dan een bezoek aan de tentoonstelling Paris 1874, Inventer l’impressionisme in Musée d’ Orsay in Parijs (t/m 14 juli 2024).
Stijl en kenmerken van het impressionisme
In tegenstelling tot de vele regels in de academische kunst bestaat er geen algemene theorie van het impressionisme. Schilder Renoir zou ooit gezegd hebben: ‘Ik heb geen regels of methodes. Iedereen mag komen kijken wat ik gebruik of mij bij het schilderen gadeslaan. Ze zullen zien dat ik geen geheimen heb.’ Iedere kunstenaar vulde de vrijheid van deze nieuwe stijl op zijn eigen manier in. De volgende criteria zijn onderscheidende kenmerken: 1) bij impressionisme gaat het om de beleving (impressie) van het moment, zonder doel of boodschap; 2) het gaat niet meer om de objectieve registratie van de werkelijkheid maar om de subjectieve waarneming van de kunstenaar; 3) de persoonlijke impressie wordt door de kunstenaar snel, spontaan en schetsmatig vastgelegd met losse verftoetsen.
Nieuwe thema’s en licht- & kleurgebruik
Er kwamen ook nieuwe thema’s (4) op het doek met focus op het eigentijdse en alledaagse leven. Voor het eerst waren de gewone man en vrouw het onderwerp van de schilder. Ook de locaties waren nieuw zoals bruggen, parken, stranden en operahuizen; 5) er kwam meer aandacht voor het individu en individualiteit, het kenmerk van de nieuwe moderne samenleving. Ideale decors waren de stad (Parijs), het strand en de natuur. Door de ontwikkeling van de verftube konden kunstenaars nu gemakkelijker buiten werken. Ook de opkomst van de fotografie, het snel vastleggen van een impressie, speelde een rol in deze nieuwe kunststijl. Nieuw waren ook de behandeling van contrast, licht en kleur (6).
Violet
De kunstenaars hadden veel aandacht voor de verschillende schakeringen bij veranderend licht en ze bestudeerden de onderlinge relaties van kleurwaarden. Complementaire kleuren werden vaker gebruikt. Het kleurgebruik werd feller en intenser. Door de ontwikkeling van chemische kleuren werd niet alleen het pallet van de schilder rijker, ook de kledingindustrie maakte hier gebruik van in de mode. De kleur violet was erg populair bij de impressionisten.
Charles Baudelaire was in 1859 de eerste die het atelier
van Eugène Boudin bezocht. Hij beschrijft een collectie van
“enkele honderden geïmproviseerde pastelstudies
met uitzicht op de zee en de lucht.”
Het is een “wonderbaarlijke magie van lucht en water” aldus Baudelaire.
Kennismaking met Eugène Boudin
Na de introductie van het impressionisme is nu het podium voor Eugène Boudin (Honfleur 1824 – Deauville 1898). Hij was een Frans schilder, tekenaar en etser en staat als voorloper van het impressionisme in de geschiedenisboeken. Zijn geboortedorp Honfleur ligt op de zuidoever waar de Seine uitmondt in het Kanaal. Op de noordoever ligt de havenstad Le Havre. Boudin komt uit een zeevaartfamilie, zijn vader nam hem als jongen al vroeg mee op zijn schip. Zo leerde hij de zee en de kusten kennen. In eerste instantie verdiende hij zijn geld met lijsten maken, hij schilderde in zijn vrije tijd. In 1847 deed Boudin zijn winkel over aan zijn compagnon en vertrok hij naar Parijs om in het Louvre schilderijen te kopiëren. Later bestudeerde hij in België de Vlaamse meesters.
De romantiek is voorbij!
In 1850 kreeg hij van de gemeente Le Havre een beurs voor drie jaar. Hij schilderde in de open lucht en vond inspiratie in de Normandische kusten van Deauville en Trouville-sur-Mer. Hij kreeg de bijnaam ‘de schilder van stranden’. Boudin zag dat de tijd van de romantici voorbij was en attendeerde Claude Monet op de mogelijkheden van het schilderen in de buitenlucht. In 1874 deed Boudin mee aan de eerste tentoonstelling van de impressionisten in Parijs.
Auguste Perret
Even een stukje geschiedenis voor de juiste context. Tijdens de Tweede Wereldoorlog is Le Havre vaak beschoten en gebombardeerd. Na deze grote veldslag waarbij 80% van de stad is vernield, kreeg de Belgische architect Auguste Perret (1874-1954) de opdracht om een nieuwe stad te ontwerpen (1945-1956). Zijn specialisatie was gewapend beton. August en zijn broer Gustave kregen de bouwprincipes met de paplepel ingegoten in het bouwbedrijf van hun vader. Naast deze praktijk volgde Auguste de Parijs Ecole des Beaux Arts, waar hij later ook les gaf.
Perret bouwt in beton
We lopen door een moderne stad met ruime straten en compacte appartementencomplexen die met name uit beton zijn opgebouwd. Beton is niet echt een sfeervol materiaal, maar Perret heeft er mooie lichte woningen mee ontworpen. Ook de jongste kerk van Le Havre, église Saint Jospeh (1951-1956) is opgetrokken uit beton. Van buiten lijkt het een dikke massieve betonnen pen die in de lucht prikt. Binnen is de sfeer totaal anders. Perret heeft ruim 12.000 gekleurde glaspanelen in de toren en de zijwanden verwerkt. Aan de boulevard ontdekken we het NuMa.
NuMa museum voor moderne kunst in Le Havre
Op onze vaarvakantie dit voorjaar is Le Havre een van onze aanleghavens. De meeste passagiers weten niet hoe snel ze deze stad achter zich moeten laten en ‘vluchten’ naar Honfleur, de stranden van Normandië en sommigen zelfs naar Parijs. Wij besluiten deze Franse havenstad een kans te geven en gaan op avontuur. Le Havre was een gewilde bestemming voor kunstenaars als Eugène Boudin, Claude Monet en Georges Braque (1882-1963). Het is ook de geboorteplaats van Jean Dubuffet (1901-1985), Othon Friesz (1879-1949) en Raoul Dufy (1877-1953) en Braque. Werk van deze en nog meer kunstenaars is nu te zien in het NuMa.
Het NuMA, museum voor moderne kunst is in 1961 ingehuldigd door de Franse schrijver en politicus André Malraux (1901-1976). Het NuMa is bekend om haar collecties uit het einde van de 19e en 20e eeuw, werken van impressionisten en fauvisten. Door recente schenking heeft het MuMa nu een van de belangrijkste impressionistische collecties in Frankrijk. Je gelooft het misschien niet maar hier hangen veel schilderijen van Eugène Boudin naast werk van Pierre August Renoir (1841-1919), Camille Pissarro (1830-1903), Alfred Sisley (1893-1899), Edgar Degas (1834-1917), Gustave Courbet (1819-1877) en Jean-Baptiste Corot (1796-1875).
Oude Nederlandse meesters
Naast werken van al deze bovengenoemde schilders ontdek ik ook een paar doeken van (oudere) Nederlandse kunstenaars. Van Johan Bartold Jongkind (1819-1891) hangt hier Kade in Honfleur (1845 ). Daarnaast zie ik Port sur une rivière van Simon de Vlieger (1601-1653), Boot op het strand van Willem Van de Velde (1611-1693), de schaatsers van Klaes Molenaer (1628-1676) en een stilleven van Claas Berchem (1633-1683). In totaal worden in het NuMA bijna twee honderd schilderijen getoond. Met dit aantal ben je wel even zoet. Er is een restaurant (annex café) waarin even tot rust kunt komen.
Nu ook te zien in het NuMa
25 Mei j.l. is de tentoonstelling “Fotograferen in Normandië” (1840-1890) geopend in het NuMa. Deze expositie is een dialoog tussen de fotografie en de schilderkunst. De makers willen de beslissende rol benadrukken die Normandië speelde in het begin van de fotografie. Deze tentoonstelling is onderdeel van de vijfde editie van Normandië Impressionisme en de 150ste verjaardag van het Impressionisme. De schilderkunst en fotografie hebben nauwe banden. Verschillende innovaties hebben geleid tot de vernieuwing en vermenigvuldiging van beelden in de 19e eeuw. Fotograferen in Normandië is tot en met 22 september 2024 te zien in het NuMA in Le Havre.
Gratis audiogids
Het MuMa biedt een gratis audiogids aan die je met je smartphone kunt beluisteren! Het programma bevat audiocommentaren van veel werk uit de collecties. Een QR-code hangt zichtbaar bij de werken en geeft zo toegang tot online informatie.
Meer weten over wat je in Le Havre kunt doen? Bekijk dan hier extra informatie over bezienswaardigheden in deze Franse havenstad.
© tekst en foto’s Wilma Lankhorst.
© gebruik van de afbeeldingen met dank aan en met toestemming van NuMa Le Havre, alle genoemde kunstenaars en alle bruikleengevers.