Trilogie: drie krachtige vrouwen in Keulen
De tweede Keulse kanjer Käthe Kollwitz
In de blog-serie – Drie kanjers in Keulen – gaan we in het tweede deel van dit drieluik, nader in op Käthe Kollwitz ‘Ich will war sein, echt und ungefärbt’. In het eerste deel stond Agrippina, keizerin uit Keulen centraal en we sluiten af met Joan Mitchell, Retrospective. Her Life and Paintings. Voor een bezoek aan het Käthe Kollwitz Museum pakken we de metro naar halte Neumarkt. Heb je zin om mee te gaan?
Foto Käthe Kollwitz © Käthe Kollwitz Museum Keulen
Käthe Kollwitz
In april 2015 was het 70 jaar geleden dat de meest bekende kunstenaars van Duitsland overleed. Ondanks dat grote delen van haar werk tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn verband heeft Käthe Kollwitz ons een indrukwekkend oeuvre nagelaten. Haar kleinkinderen schonken de grootste overgebleven collectie aan het Käthe Kollwitz Museum in Keulen. Hier worden jaarlijks verschillende exposities gehouden waarin de veelzijdigheid van haar werk wordt getoond. In ‘Ich will war sein, echt und ungefärbt’ zie je aan de hand van vele studies hoe Kollwitz steeds weer zoekt naar de beste techniek om een bepaalde emotie uit beelden.
Schoolkinderen aan de slag
Het is druk als ik ’s morgens het museum inloop. Nauwelijks een kwartier open en de eerste schoolgroepen zitten al op de trappen te luisteren naar een inleiding. In de foyer hangen zes werken van Kollwitz op een rij. Allemaal onderdelen van haar zoektocht naar de ultieme weergave van de ontmoeting van de zwangere Maria en haar eveneens zwangere, oudere nicht, Elisabeth.
Een wordingsproces kun je in dit museum altijd herkennen aan de zwarte verticale balk op het titelbordje. De bordjes bij de losse werken zijn helemaal wit.
De ontmoeting
Käthe had in 1922 in Berlijn in het toenmalige Keizer Friedrich Museum (nu het Bode Museum) een werk gezien van Konrad Wilz gezien waarop hij het Bijbelse thema ‘ontmoeting van Maria en Elisabeth’ had afgebeeld. Käthe wordt geraakt door deze ontmoeting, een oud verlangen, zelf nog één keer zwanger te zijn en een kind te baren, komt weer naar boven. Een jaar daarvoor vertelde Käthe’s schoondochter Ottilie dat ze in verwachting was van haar eerste kind (Käthe’s eerste kleinkind). Als haar nicht Gertrude gelijktijdig met schoondochter Ottilie bij haar op bezoek is, schrijft Kollwitz in haar dagboek: Gertrude en Ottilie vandaag als Elisabeth en Maria (28 juni 1921).
Materiaal en emotie
Kollwitz begint haar studie over de ontmoeting met een houtskooltekening. Als je goed kijkt, zie je dat Elisabeth het gezicht heeft van Käthe. Hier noemen ze dat een ‘verborgen zelfportret’.
In 1924 is ze gaan experimenteren met houtsneden. Haar tweede studie werkt ze uit als houtsnede. Steeds verfijnt en verandert ze details aan voorafgaande drukken. Dan de twijfel: is de houtsnede techniek wel de beste manier om deze emotie over te dragen? Er volgt opnieuw een tekening met een zachtere toets. Kollwitz besluit dat het toch een houtsnede moet worden en werkt nog twee versies uit vóór ze tevreden is over het resultaat. Een zelfde zoektocht zie je, verder op in het museum, bij de vier werken waarin ze de dood en het afscheid van de socialist Karl Liebknecht in beeld brengt.
Koningin van de zelfportretten
Kollwitz heeft tijdens haar leven honderden zelfportretten gemaakt. Deels omdat ze soms geen model tot haar beschikking had maar vaak ook omdat ze continue wilde oefenen met verschillende tekenen- en grafische technieken. In 1924 is Kollwitz begonnen met houtsneden. Negen jaar lang heeft ze met deze techniek geëxperimenteerd, waarna ze er in 1933 definitief mee is gestopt.
Zelfportret Käthe Kollwitz profiel naar links (potlood) 1899 © Käthe Kollwitz Museum Keulen
drie delen uit de serie In Memoriam van Karl Liebknecht (1919) © Käthe Kollwitz Museum Keulen
Afscheid van Liebknecht
Als de socialistische strijder Karl Liebknecht in 1919 overlijdt, vraagt zijn familie aan Kollwitz of zij een In Memoriam wil maken. Ze kiest voor een scene waarin Liebknecht ligt opgebaard en mensen hem de laatste eer bewijzen.
Je ziet het wordingsproces hier in vier werken. Ook hier de zoektocht naar de juiste techniek die de gewenste emotie het beste weergeeft.
Doordat het museum een rijke collectie aan Kollwitz-werken heeft, krijg je als bezoeker hier bij elke tentoonstelling weer een nieuw inkijk in haar leven en werkwijze. Ik ervaar dat zelf als een extra verrijking.
Käthe Kollwitz, ‘Ich will war sein, echt und ungefärbt‘, is nog te zien tot 3 februari 2016 in het Käthe Kollwitz Museum aan de Neumarkt (entree via winkelcentrum en dan met de speciale museumlift naar de 4e etage)
© tekst Wilma Lankhorst © gebruik afbeeldingen met dank aan Käthe Kollwitz Museum Köln, VG Bild-Kunst, Bonn 2015 (twee delen uit de serie 'De Ontmoeting' en drie delen uit de serie In Memoriam Karl Liebknecht 1919.