Wie popart zegt, denkt aan Andy Warhol en Roy Lichtenstein. Twee Amerikaanse kunstenaars die naam en faam hebben gemaakt met popart kunstwerken. Maar wist je dat de wortels van de popart in Europa liggen? Het zijn de Britse kunstenaars Richard Hamilton en Ricardo Paollozi die deze kunststroming voor het eerst introduceerden. Het team van Museum MORE in Gorssel brengt tijdens haar jubileumjaar een ode aan de Europese popart. De focus ligt hierbij op de rol van de vrouw in de Europese popart.

Het ontstaan van Popart
We gaan even terug in de tijd voor een beter begrip van het begrip Popart. Het begrip ‘popart’ is een samen voegsel van popular art. De eerste verschijningsvorm van popart is de collage. Daarnaast komen we popart tegen in schilderijen met grote tot zeer grote afmetingen in sculpturen en assemblages. Vrij snel na het einde van de Tweede Wereldoorlog maken de Schotse kunstenaars Eduardo Paolozzi (1924-2005) en Richard Hamilton (1922-2011) voorstellingen waarin ze knipsels uit kranten en tijdschriften combineren tot een nieuwe afbeelding. In de eerste ruimte in Museum MORE hangen enkele collages uit de serie BUNK die Paolozzi in 1947 al heeft gemaakt. Op zijn collage I was a Rich man’s Plaything staat in een tekstballon het woord POP. Dat zien we ook in de affiche die Richard Hamilton in 1956 heeft gemaakt voor de tentoonstelling This is Tommorow.
Just what is it that makes today’s home so differents, so appealing?
Ondanks het vroege werk van Paolozzi zien kunsthistorici het begin van de internationale popart in de collage Just what is it that makes today’s home so differents, so appealing? van Hamilton uit 1956. In deze collage eert hij de Amerikaanse culturele invasie in Engeland. De collage van Hamilton lijkt wel een reclamefolder voor Amerikaanse producten. Een bijna body builder poseert voor een bandrecorder. In plaats van een vijgenblad heeft hij een grote rode vliegenmepper met het woord POP voor zijn edele delen. Op de bank voor hem ligt een vrouw met volgespoten borsten. Ze toont ons haar beste Playboy-pose. We zien een televisie en op tafel staat een blik ham. Op de trap links is een vrouw druk in de weer met een stofzuiger.

De Amerikaanse reactie
Kunstenaars in Amerika pakken de nieuwe Europese kunststijl op en combineren vormen uit de reclame met fantasieën rondom rijkdom en sterrenstatus. In het Amerika van na de Tweede Wereldoorlog is er een toenemende honger naar altijd weer nieuwe dingen. Popart ligt in Amerika in het verlengde van de films en advertenties. Hieraan ontlenen de kunstenaars hun onderwerp en geven ze een parodie. Het draait in Amerikaanse versie van popart om reclame, strips, knalkleuren én om vrouwen. In de popart van de jaren 1960 en begin jaren 1970 hadden vrouwen een dubbelrol. Volgens de curatoren van de nieuwste tentoonstelling Pop Models misschien zelfs een dubbelzinnige rol. De rol van de vrouw was er een van de belichaming van een verleidelijk ideaalbeeld. In de Europese versie van popart werd de focus meer gelegd op engagement en het uitgesprokene. Het Europese model staat centraal in POP MODELS, Vrouwen in de Europese Pop Art.
Vrouwen in popart
In de Europese popart hadden vrouwen vaker een dubbelrol, misschien zelfs een dubbelzinnige rol. Ze waren de belichaming van een stereotype, begeerlijk ideaalbeeld en groeiden tevens uit tot symbool van bevrijding. De vrouw was tegelijk topmodel én rolmodel. Met POP MODELS stelt Museum MORE als eerste museum de vrouw in de popart centraal. Als muze én maker. Ze laten ook zien dat er in Europa diverse variaties ontstaan in verschillende landen. Zo ontwikkelt zich in Frankrijk Object Trouvé (kunst samengesteld uit gevonden voorwerp) en in Italië Arte Povera (1967).

In POP MODELS ontdek je een grote selectie aan schilderijen, collages en objecten van bekende kunstenaars als Niki de Saint Phalle (1930-2002), Yves Klein (1928-1962), Richard Hamilton (1922-2011). De samenstellers ontdekten ook vergeten kunstenaars als Ketty La Rocca (1938-1976) en Jana Želibská (Bratislava, Slovenië, 1941).
Jong gestorven vrouwelijke kunstenaars
Naast relatief onbekende namen zoals de hiervoor genoemde Jana Želibská attenderen de curatoren ons op werk van enkele jonge vrouwelijke kunstenaars. Ketty La Rocca werd in 1938 in het Italiaanse La Spezia geboren. Ze werd slechts 37 jaar en overleed in 1976 in Florence. Tijdens haar korte leven was zij de drijvende kracht achter artistieke bewegingen als body art en visual poetry. Van La Rocca hangen drie collages in de tentoonstelling. Zoals ‘Ho spiato i Monstri mangiarono carne’ (Ik zag dat de monsters vlees aten) waarin ze verwijst naar monniken en hun zwakte voor het vlees.

Ferdi
Tot de groep van jong overleden kunstenaars hoort de Nederlandse Ferdi (Ferdina Tajiri-Jansen) (1927-1969). Van haar staat hier de installatie Mothers Invention (1968). Geboren in Arnhem, in 1950 vertrok ze naar Parijs waar ze twee jaar (gratis) les volgde bij Ossip Zadkine (1888-1967). Ferdi was in haar korte leven bekend als beeldhouwer en textielkunstenaar. Haar man was de Japans-Amerikaans beeldend kunstenaar Shikichi Tajiri (1923-2009). Hun werk wordt beheerd door de Tajiri Ferdi Foundation. In 1964 maken Ferdi en Shikichi een reis van drie maanden door Mexico. Na thuiskomst gaat Ferdi experimenteren met Mexicaanse vormen. Dit is het begin van haar sculpturen gebaseerd op het plantenrijk (hortisculpturen). In de periode 1966-1969 leefde ze voor haar kunst, met haar kunst en in haar kunst. In deze periode heeft ze ook Mothers Invention gecreëerd. Een kleurrijke installatie van imitatiebont. In deze hortisculpturen verwijst Ferdi onder andere naar voortplantingsorganen.

Evelyne Axell
Ook jong gestorven is de Belgische kunstenaar Evelyne Axell (1935-1972). Van Axell hangen hier drie werken: een collage met olieverf op doek (Marie-Claire (1964); Ice Cream (1954) het campagnebeeld van deze tentoonstelling en Le joli Mois de Mai (1970) Volgens gastconsercator Feico Hoekstra is dit werk de Nachtwacht van de popart. Dit is een grootwerk van 200 bij 350 centimeter. Axell schilderde hier met emaille verf op plexiglas. Op dit werk herken je verschillende symbolen/situaties en personages uit de Europese geschiedenis. In 1972 bezocht Axell met haar gezin Guatemala. ze werd verliefd op het landschap en was van plan om dit Midden-Amerikaanse land nogmaals te bezoeken. Kort na terugkeer van de familie in België, kreeg Evelyne een auto-ongeluk. Kort daarna overleed ze.
Mooie kleurrijke catalogus
Bij deze tweede jubileumtentoonstelling is een rijk geïllustreerd boek gemaakt. De catalogus bevat verhalen van conservator Julia Dijkstra en gastconservator Feico Hoekstra. Hun bijdragen worden verrijkt met essays van Maaike Meijer (Professor Genderstudies) en Rosemarie Buikema (Hoogleraar Kunst, Cultuur en Diversiteit). Julia Dijkstra viel met de neus in de boter en had een interview met de Brits-Amerikaanse kunstenaar Jann Haworth. Het boek is een uitgaven van uitgever WBooks. Vooruit, een extra pluim dan voor Studio Mayra & Sam voor de feestelijke vormgeving. Pop Models, vrouwen in de Europese popart telt 160 pagina’s met bijna 100 afbeeldingen. De prijs: € 34,95. Het boek is (online) te koop in de museumwinkel, online te bestellen bij WBooks of via je favoriete boekhandel.
POP MODELS | Vrouwen in de Europese Pop Art is zien in Museum MORE in Gorssel tot en met 28 september 2025. Kijk hier voor de details. MK = geldig.
© tekst en foto's Wilma Lankhorst.
© gebruik van de foto's met dank aan en met toestemming van Museum MORE, de genoemde kunstenaars en alle bruikleengevers.

In Pop Models ontdek je werk van de volgende kunstenaars
Woody van Amen, Bettina von Arnim, Rainer Alfred Auer, Evelyne Axell, Werner Berges, Peter Blake, Pauline Boty, KP Brehmer, Fred Carasso, Mari Chordà, Christa Dichgans, Antony Donaldson, Sue Dunkley, Equipo Realidad, Erró, VALIE EXPORT, Émilienne Farny, Ferdi, Stano Filko, Giosetta Fioroni, Ángela García Codoñer, Claude Gilli, Robert Graham, Eulàlia Grau, Maja van Hall, Richard Hamilton, Jann Haworth, Alain Jacquet, Allen Jones, Kirsten Justesen, Jeff Keen, Per Kirkeby, Peter Klasen, Yves Klein, Kiki Kogelnik, Konrad Lueg, Teresa Magalhães, Pol Mara, Lucia Marcucci, Umberto Mariani, Albert Mertz, Jacques Monory, Edgard Naccache, Isabel Oliver, Panamarenko, Eduardo Paolozzi, Peter Phillips, Emanuel Proweller, Martial Raysse, Ketty La Rocca, Mimmo Rotella, Niki de Saint Phalle, Gérard Schlosser, Colin Self, Fernand Teyssier, Jana Želibská.