Op weg naar Museum Arnhem reizen we door een Jan Mankes landschap. De nachtvorst in combinatie de mist en de zon geven de ochtend een mystieke ervaring. We treinen door een wit landschap. In deze verstilde omgeving staan witte boomskeletten tegen een blauw grijze lucht. Schilder Jan Mankes kon als geen ander deze mystieke sfeer vastleggen. De teams van Museum Arnhem en Museum Belvédère in Heerenveen eren Mankes dit voorjaar met twee grote exposities. Wij beginnen dichtbij huis, in Arnhem.
Jan Mankes (1889-1920)
Jan Mankes is in 1889 in Meppel geboren. Zijn vader werkte voor de Belastingdienst waardoor het gezin Mankes regelmatig verhuist. In 1903 verhuist het gezin naar Delft en zes jaar later in 1909 worden de verhuisdozen weer ingepakt met bestemming het Friese Bovenknijpe. Jan was geen uitblinker op school. Op zijn dertiende slaat hij de deur van de HBS achter zich dicht en gaat hij na de verhuizing, in Delft als schilderhulp aan de slag. In deze stad volgt Mankes ’s avonds tekenlessen bij Herman Veldhuis (glasschilder). Daarnaast neemt hij aanvullende lessen decoratief tekenen in Den Haag. In 1908 richt hij in het huis van zijn ouders in Delft een eigen atelier in. Jan Mankes is dan 19 jaar en heeft zijn bestemming gevonden: hij wordt zelfstandig kunstschilder. Als zijn ouders een jaar later naar Friesland verhuizen, gaan Jan, zijn oudere zus Popke en broer Cornelis mee. In Friesland richt Jan een nieuw atelier in.
“Mooie dingen zijn zoo eenvoudig
eenvoudig als mooie levens zijn”.
Jan Mankes(1914)
Hollandse meester en de natuur
De twee grote inspiratiebronnen voor de jonge Mankes zijn de Hollandse Meesters uit de 17de eeuw en de natuur. Jan bestudeert het werk van de Hollandse klassiekers uitgebreid dat zie je vooral terug in zijn portretten. Daarnaast is de natuur voor hem een grote bron van energie en inspiratie. Voor Mankes zijn naastenliefde en daarmee ook het respect voor het dierenleven dé pijlers in zijn leven. In Museum Arnhem wemelt het van de dieren, zoals lijsters, kraaien, parelhoenders, egels, uilen, muizen, marmotten, valken en geiten. Ik sta stil voor Mankes zelfportret met uil (1911). Dit is het enige werk in zijn oeuvre waarin hij zichzelf met een dier afbeeldt. Hij schilderde dit in rustige, zachte kleuren, waardoor het werk en sterke naar binnen gekeerde sfeer kreeg.
Mankes raakt gefascineerd door het dromerige en sferische werk van de symbolist Odilon Redon (1840-1916). Ook de werkwijze van Jacob Maris (1837-1899) bestudeert hij. Het effect van deze fascinatie is in Arnhem onder andere te zien in Mankes werk de lijster tussen bloesem (1912).
“Een diep geestelijk kunstwerk …
is voor mij het hoogste.”
Jan Mankes (1914)
Prints in zwart wit
In 1911 begint Mankes met een nieuwe techniek: het maken van etsen. Zijn Haagse mecenas, tabakshandelaar A. Pauwels bezorgt hem in Friesland een etspers. Het is een techniek die vraagt om geduld en toewijding eigenschappen waarover Mankes beschikt. In de tentoonstelling is een apart deel ingericht met prints van Mankes en enkele tijdgenoten zoals Theo van Hoytema (1863-1917). In enkele voorstellingen hier zoals de stoel, de zonnebloem en de distel zie je de invloed van Van Gogh op Mankes’ werk. Met zijn drukwerk breidt Mankes zijn klantenbereik verder uit.
In 1913 ontmoet Jan in Friesland Anne Zernike (1887-1972). Zernike is op dat moment de eerste en enige vrouwelijke predikant in ons land. Haar eerste geloofsgemeenschap (1911) is de doopsgezinde gemeente in Bovenknijpe.
![Jan_Mankes © Zelfportret (1918) r. en l. Anne Zernike (1918) © Jan Mankes © foto Wilma_Lankhorst.](https://wilmatakesabreak.nl/wp-content/uploads/2025/02/Jan_Mankes-©-zelfportret-1918-r.-en-l.-Anne-Zernike-1918-©-Jan-Mankes-©-foto-Wilma_Lankhorst.jpg)
Anne Zernike
In 1915 trouwen Anne en Jan, en verhuizen ze naar Den Haag. Als Mankes als gevolg van tuberculose het advies krijgt om in een bosrijke omgeving te gaan wonen, verhuist het stel in 1916 naar het Gelderse Eerbeek. In 1918 wordt hun zoon Beinte geboren en kort daarna promoveert Anne. In 1920 overlijdt Jan Mankes in Eerbeek aan de combinatie van tuberculose en de Spaanse griep.
![Jan_Mankes © Cathing Shadows (2025) l. © Sophie Steengracht r. zelfportret met uil © Jan Mankes © foto Wilma_Lankhorst.](https://wilmatakesabreak.nl/wp-content/uploads/2025/02/Jan_Mankes-©-Cathing-Shadows-2025-l.-©-Sophie-Steengracht-r.-zelfportret-met-uil-©-Jan-Mankes-©-foto-Wilma_Lankhorst.jpg)
Eigentijdse kunstenaars reageren op Mankes
Naast het werk van Jan Mankes en enkele van zijn tijdgenoten zoals Floris Vester (1861-1927), Bertha van Hasselt (1878-1932), Jan Toorop (1858-1928), Piet Mondriaan (1872-1944) en Jan Sluijters (1881-1957) hangt hier in Arnhem werk van hedendaagse, jonge kunstenaars. Links voor het kleine zelfportret met uil staat een groot stilleven van Sophie Steengracht (1991). In Catching Shadows (2025) zet Steengracht de verbinding van mensen, natuur en dierenwereld centraal. De mens- en dierfiguur liggen geborgen in een ecosysteem van leven, groei én verval (vanitas). Met de rivier op de achtergrond verwijst Steengracht naar de Rijn die als levensader door Arnhem en de regio stroomt. Net als Mankes heeft Steengracht een indringende kijk op de wereld om haar heen. Motieven als de kerkuil, het paard en de lelie komen rechtstreeks uit Mankes’ werk.
Zeewiefilter, 365 insecten & vogels
Indrukwekkend vind ik in dit kader ook de installaties van Suzette Bousema, Zeewierfilter (2025) en de 365 getekende insecten en vogels van Mariëlle Videler (Bergen op Zoom, 1970). Zeewierfilter is een grote raaminstallatie waarbij de wieren tijdens het drogen van nature aan elkaar kleven. Je kijkt hier door een groengeel filter naar de natuur buiten het museum. Bousema nodigt ons uit om de aandacht van Mankes voor de kwetsbare natuur te bekijken vanuit het ecologische vraagstuk van vandaag. In deze zaal hangen ook 365 Insects (2022-2023), getekende insecten van Mariëlle Videler aan (was)lijnen. Net als Mankes laat Videler ons de leegte en de stilte ervaren.
De kracht van de natuur
In de laatste zaal zitten 365 vogels (2019-2020) van Videler op takjes. Allemaal stuk voor stuks, heel gedetailleerd getekend en verrassend uitgebeeld. Door de natuur met alle zintuigen te beleven, zoekt Videler in haar werk naar manieren om met andere levensvormen in contact te komen, denk daarbij aan planten en dieren. In langdurige projecten (zoals Reconstructing the Senses) onderzoekt zij haar eigen bewustzijn en lichamelijke relatie tot de natuur. Videler’s aandachtige van gevoelige werkproces is vergelijkbaar met de zelfonderzoekende benadering tot de natuur van Jan Mankes. De derde installatie van Videler hier is Take me where it hurts (2023). Op 31 bamboestokken hangen denkbeeldige gedaantes. Je zou er een plant, mens of dier in kunnen zien. Met deze groepsopstelling verwijst Videler naar het gebruik van banieren in rituelen of protesten. Samen vormen de organismen een stevige massa, als een demonstratie tegen de huidige klimaatramp.
Als we de zaal verlaten staan we weer oog in oog met de natuur buiten. We zien het water van de Rijn glinsteren. In de museumtuin is het stil en leeg.
Jan Mankes, verstilling en strijd is nog tot en met 22 juni 2025 te zien in Museum Arnhem. Lees hier de details. MK = geldig.
Gelijktijdig te zien de dubbeltentoonstelling Jan Mankes, uiting geven aan geestelijk leven in Museum Belvédère in Heerenveen. In deze tentoonstelling ligt het accent op de Friese jaren van Mankes. Kijk hier voor de details. MK = geldig.
Lees ook
Jan Mankes eeuwfeest (2020) deel 1
Jan Mankes eeuwfeest deel 2
In het spoor van Jan Mankes (boekrecensie)
© tekst en foto’s Wilma Lankhorst
© gebruik van de afbeeldingen met dank aan en met toestemming van Museum Arnhem, Museum Belvédère, alle genoemde kunstenaars en alle bruikleengevers.