We hebben een week Venetië geboekt voor een bezoek aan de 60ste editie van de Kunst Biënnale Venetië. Het is ons tweede bezoek, in 2017 waren we hier ook. Anno 2024 zijn er naast 87 landen paviljoenen ook tientallen tentoonstellingen in de stad allemaal verenigd onder één centraal thema: Stranieri Ovunque (Vreemdelingen overal). Meer dan honderd opties en wij maar denken dat we deze week ruim de tijd hebben. Onze ervaringen heb ik verdeeld over een drieluik. In deel een neem ik je mee naar i Giardini, in deel twee staat Arsenale centraal en in deel drie gaan we de stad in. We beginnen aan dé kunstmarathon van 2024 met My Art Guide Venice 2024 en goede wandelschoenen.
Oudste kunst biënnale ter wereld
De kunst biënnale van Venetië is de oudste ter wereld. Kenners noemen het zelfs de hoogmis van de hedendaagse kunst. Gezien de omvang van dit tweejaarlijkse internationale evenement is het wel raadzaam om comfortabel zittende (wandel)schoenen mee te nemen. Met hippe, gehakte schoenen, haal je het einde van deze culturele marathon niet. Je koopt standaard een bezoekerspas voort twee dagen. Die twee dagen hoef je niet aaneensluitend te gebruiken. Mijn ervaring is dat een of twee dagen rust tussendoor je goed zal doen. Een andere tip is ga nooit om 10.00 uur voor de hekken staan, laat de eerste drukte rustig aan je voorbij gaan. Als je rond 12.00 uur komt, is er meer rust en vrijheid. En geloof me, je hebt echt tijd genoeg. Ervaring leert dat je hoofd na vier uur echt wel vol zit met nieuwe ervaringen.
Twee hoofdlocaties
De hoofdlocaties van deze twee jaarlijkse kunsttentoonstelling zijn verdeeld over twee plekken in de stad: I Giardini en Arsenale. Deze twee liggen op loopafstand van elkaar in de wijken Arsenale en Castello. I Giardini, de naam (de tuinen) zegt het al, ligt in een groene oase van de stad. De halte van de vaparetto (kanaalboot) ligt voor de ingang van de tuinen. Voor Arsenale stap je uit bij de halte Arsenale. Vanaf deze halte is het een kleine tien minuten lopen naar de ingang van het centrale Arsenale gebouw.
Zeevaartgeschiedenis van Venetië
In deze wijk proef je nog de sfeer van de zeevaartgeschiedenis van Venetië. Het idee dat Marco Polo hier ooit rondliep, zet mijn fantasie wel aan het werk. Het maritiem museum (Museo Storico Navale di Venezia e il Padiglione delle Navi) ligt voor de ingang van de Biënnale en is zeker een bezoek waard. Maar doe dat gewoon op aan andere dag dan een van je twee biënnale-dagen.
‘Stranieri Ovunque’ – ‘Vreemdelingen overal’
Niet alle 87 landen hebben een eigen paviljoen in de Giardini. De meerderheid vind je verspreid over de stad. De biënnale app of de papieren gids geven aan waar je de deelnemende landen kunt vinden. In de Giardini hebben 28 landen een eigen paviljoen. Nederland is er daar een van. Direct naast het Nederlandse paviljoen vind je het centrale paviljoen, waarin het biënnale thema, Stranieri Ovunque zeer gevarieerd wordt verbeeld.
Elke editie zijn eigen curator
Voor iedere Biënnale-editie wordt een andere gastcurator uitgenodigd. In 2024 is de eer aan de Braziliaan Andriano Pedrosa. Hij is de eerste curator die op het zuidelijk halfrond werkt, in het Museum de Arte de Sāo Paulo (MASP) in Brazilië. Pedrosa koos het centrale thema en schept daarmee verwachtingen. Want zo vragen de Vlaamse redacteuren van Glean & Klara zich af of er na editie van wijlen Akwui Enwezor (2015) en Cecilia Alemani (2022) nog genoeg toe te voegen is aan de lijst ‘vergeten stemmen uit de kunstwereld’?
Hoe weet je nu waar je moet zijn?
Alle paviljoens en exposities in de stad bezoeken, gaat je vast niet lukken. We hebben acht dagen uitgetrokken voor dit bezoek, maar kunnen al direct twee reisdagen afstrepen en dan blijven er nog zes over. Dat lijkt veel, maar je kunt niet zes dagen van 10 tot 18.00 uur informatie en nieuwe ideeën opsnuiven. Mijn ervaring is dat ook de harde schijf van je hoofd een keer vol is. Ter voorbereiding zoek ik in de maanden voorafgaande aan de reis, via het internet naar recensies. Ik pluis de site van de biënnale uit en vraag aan collega’s en vrienden die al zijn geweest wat hun favorieten zijn. Op basis van deze informatie, stel ik een lijst samen.
Handige nederlandstalige gids
Dit jaar lag er in ons Venetiaans appartement een Nederlandstalige gids van de Vlaamse uitgever MER. Books. Verschillend redacteuren van magazine GLEAN en het VRT televisie kanaal KLARA, hebben aansluitend op de opening (24 april jl.) de Biënnale bezocht. Op basis van deze ervaringen is een handzame (A6 formaat) en informatieve ‘gebruiksaanwijzing’ samengesteld. Vraag ook aan mensen waarmee je in de rij staat te wachten voor een paviljoen of expositie wat hun favoriet is. Een vergeet de jonge mensen niet die als gastheer en -vrouw in de paviljoens aanwezig zijn. Zij hebben vaak verrassende tips. Je begrijpt het al, ons verblijf was te kort voor al het moois dat Venetië in 2024 te bieden heeft.
I Giardini
De grote kleurrijke muurschildering van Huni Kuin Artists Movement (Mahku Collectief) op de gevel van het Centrale Paviljoen, trekt direct de aandacht. Op deze gevel vertellen de leden van dit collectief het verhaal van kapewë pukeni (de alligatorbrug). Deze mythe beschrijft het ontstaan van de doorgang tussen het Aziatische en Amerikaanse continent door de Beringstraat.
Om de oversteek te maken, vonden de mensen een alligator die aanbood hen op zijn rug over de straat te dragen in ruil voor voedsel. Toen ze aan de oversteek begonnen, werden dieren steeds schaarser en de mensen gingen uiteindelijk op jacht naar een kleine alligator als voedsel voor hun hulpverlener. Met dit gebaar verraadden ze het vertrouwen van de grote alligator. Hun hulp verborg zichzelf daarop onder de waterspiegel. En zo ontstond de scheiding tussen verschillende mensen en plaatsen.
Deze mythe onderstreept de MAHKU-leden als de makers van producten waarbij de zichtbare aspecten van hun kunst worden verbonden met de onzichtbare elementen van hun visies. Het MAHKU-collectief is in 2013 opgericht als gevolg van verschillende tekenworkshops aan de universiteit in de Braziliaanse Jordão-regio, vlak bij de grens met Peru. Deze muurschildering is de primeur van het MAHKU-collectief op de Biënnale Arte.
De westerse kunstgeschiedenis herschreven
In tientallen grote en kleine zalen herschrijft Pedrosa de westerse kunstgeschiedenis. Hij heeft niet als uitgangspunt voor de beste kunstenaars van dit moment gekozen. Pedrosa legt hier (en in Arsenale) de focus op indigenous kunstenaars (vaak autodidacten), outsider art artiesten, queer- en folk kunstenaars. Aan de hand van hun, vaak onbekender werk herschrijft hij de kunstgeschiedenis en breidt deze verder uit. Ik herken direct enkele kleurrijke abstracte werken van Marokkaanse kunstenaars van de Casablanca Art School. Onderweg naar Venetië zag ik in het Museum Schirn (Frankfurt) een grote overzichtstentoonstelling van deze kunststroming.
Een rust moment
Ik struin door de volle zalen en zie vooral werk van onbekende namen tot dat ik vijf grote doeken ontdek van Evelyn Taocheng Wang. In 2023 heeft Taocheng Wang een serie gemaakt gebaseerd op het leven van de minimalistische kunstenaars Agnes Martin (1912-2004). In dit enorme complex boordevol prikkels is deze zaal voor mij een oase van rust.
28 landenpaviljoens in één tuin
Na deze indrukwekkende en kleurrijke ‘opstelling in het centrale Paviljoen’ wedijveren 28 landen om aandacht. Op ons lijstje staan: Nederland, België, Duitsland, Australië, de Verenigde Staten, Canada en Egypte. We hebben daar ter plekke op de route aan toegevoegd, Spanje, Oostenrijk, Frankrijk en Japan.
In het Nederlands paviljoen was het de negen minuten durende film over ‘roofkunst’ die ons aansprak en het geheel ook context gaf. Uit het paviljoen van België zijn we snel gevlucht, de muziekkeuze bij de reuzen was niet onze smaak en oversteeg de aanvaardbare geluidsbarrière.
Spanje verrast
Spanje was een grote verrassing. Dat hoorden we later ook van andere bezoekers. Een land met een enorm koloniaal verleden dat tot op heden nog geen excuses heeft aangeboden voor deze periode. De werken hier komen direct in je hart binnen. In de binnentuin staan bewoners van de voormalige koloniale gebieden. Op hun rug staat hun levensverhaal.
Bij Duitsland was het ongekend druk in het paviljoen, we schuifelden in processie over de wenteltrap en langs de met stof en ‘asbest’ bedekte keuken en slaapkamer van een voormalige gastarbeider. We kregen helaas te weinig informatie om hier iets mee te kunnen.
De Verenigde Staten: Jeffrey Gibson
De twee kunstenaars én de twee paviljoens die de meeste indruk op ons hebben gemaakt zijn de Jeffrey Gibson voor Amerika en Archie Moore voor Australië. Jeffrey Gibson is van Cherokee afkomst en lid van de Mississippi Band of Choctaw Indians. Hij groeide op in grote stedelijke centra in de Verenigde Staten, Duitsland en Korea. Deze multiculturele ervaringen beïnvloeden zijn visie en werk.
The space in which to place me
Voor de presentatie in dit kleurrijke paviljoen heeft Gibson een hybride visuele taal ontwikkeld. Hiervoor put hij uit bronnen uit de Amerikaanse, inheemse en queer geschiedenissen. Hij verwijst naar populaire subculturen, literatuur en wereldwijde artistieke tradities. In de eerste zalen zie je werk waarin hij tribale esthetiek, kralenwerk, textiel en gevonden voorwerpen verwerkt met de visuele elementen van het wereldwijde modernisme. In de laatste zaal ontdekken we een multi channel video-installatie. Hij laat in deze ruimte zijn radicaal inclusieve visie voor de toekomst zien: in deze visie staan inheemse kunst en een breed spectrum aan culturele uitingen en identiteiten centraal in de Amerikaanse ervaring.
Gaan we in die lange, schuifelende rij staan?
We twijfelen meer dan een keer of we wel in de lange, schuifelende rij voor het Australië paviljoen gaan staan. Na de eerste twijfel verkennen we eerst de kleurrijke onderwaterwereld van kunstenaar Julien Creuzet (1986) in het Franse paviljoen. Hij beschrijft en creëert hier een onderdompeling in een poëzie van vormen en geluiden, volumes en lijnen in beweging, kleurrijke ontmoetingen die nieuwe talen vormen: een bijzondere ervaring.
Opnieuw aansluiten voor Archie Moore
Als we buitenkomen is de rij voor het Australische paviljoen nog langer geworden. We gaan toch maar in de rij staan en maken kennis met Wendy en Martin, een echtpaar uit Amerika. Met hen wisselen Biënnale-ervaringen uit en na een klein uur, gaan de deuren voor ons open. We lopen een spaarzaam verlichte zaal in met centraal een grote tafel, volgepakt met dossiers. Op de zwarte (schoolbord)wanden heeft kunstenaar Archie Moore (Toowoomba Queensland, 1970) zijn familiegeschiedenis (stambomen) met krijt beschreven. Zijn familiegeschiedenis bestaat uit gecombineerde wortels uit zowel de Kamilaroi als de Bigambul-etniciteit. De familielijnen gaan maar liefst 65000 jaar terug. Met zijn installatie Kith and Kin laat Moore zowel het bewijs van deze lange historie zien als de vele herinneringen.
Etnisch profileren
Op de grote tafel liggen honderden politiedossiers van Australische bewoners met Aboriginal achtergrond. De dossiers die Moore laat zien, zijn het bewijs van ethisch profileren van de politie. Velen wachten na jaren nog steeds op antwoord.
Het lange wachten voor deze presentatie was de ervaring meer dan waard. Het is terecht dat Moore met zijn installatie hier de prestigieuze Gouden Leeuw heeft gewonnen.
Als je nog meer wilt lezen over de landenpaviljoens en exposities in Venetië, download dan hier de Biënnale planner 2024.
De 60ste editie van de Biënnale Arte Venezia sluit haar deuren zondag 24 november 2024 haar deuren.
Wordt vervolgd
Deel 2, vrijdag 6 december 2024 – Ontdek de schatten in Arsenale
Deel 3: vrijdag 20 december 2024 – Struinen langs tentoonstellingen in de stad
© tekst en foto’s Wilma Lankhorst.
© gebruik van de afbeeldingen met dank aan en met toestemming van La Biennale Venice, alle genoemde kunstenaars en bruikleengevers.